-
1 Romish
-
2 bint
-
3 gringo
[ gringgoo] 〈 vaak beledigend〉 -
4 mick
-
5 petticoat
n. petticoat; onderjurkpetticoat1[ pettiekoot] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————petticoat2〈bijvoeglijk naamwoord; vaak beledigend〉1 vrouwelijk ⇒ door/van vrouwen♦voorbeelden: -
6 poor
adj. arm; zielig; armoedig; slecht--------n. de armen[ poeə]2 slecht ⇒ schraal, pover♦voorbeelden:1 〈 vaak beledigend〉 poor white • blanke behorend tot de laagste sociale klasse 〈 voornamelijk in het zuiden van de USA〉the poor • de armenin poor spirits • neerslachtigtake a poor view of • zich weinig voorstellen vanpoor weather • slecht weer4 poor fellow! • arme ziel! -
7 chit
-
8 coloured
adj. gekleurd; vol kleur, kleurrijk; een bepaalde kleur geverfd; van of behorende bij bepaalde ethnische groep die niet als blank is geklassificeerd staat (beledigende taal); (beledigend) raciaal gemengd1 gekleurd♦voorbeelden: -
9 fatty
adj. vettigfatty1[ fætie] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: fatties; vaak Fatty〉 〈informeel; beledigend〉————————fatty2〈bijvoeglijk naamwoord; fattiness〉♦voorbeelden: -
10 personal
adj. persoonlijk; prive--------n. locale informatie; persoonlijke informatie (in de krant)[ pə:snəl]1 persoonlijk ⇒ individueel, particulier♦voorbeelden:personal belongings • persoonlijke bezittingenpersonal computer • p.c.personal organizer • dikke zakagenda voor yuppies, met ruimte voor rekenmachientje en creditcardspersonal tax • personele belastingpersonal touch • persoonlijk cachet2 personal remarks • persoonlijke/beledigende opmerkingenII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉1 persoonlijk ⇒ uit eigen naam, zelf2 fysiek ⇒ lichamelijk, uiterlijk♦voorbeelden:
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский